Vliegtuigcrash Gulpen op 23 april 1944
Halifax crash
In de nacht van 22 op 23 april 1944 stegen van de Engelse vliegbasis Holme-on-Spalding Moor diverse Halifax bommenwerpers op. Ze waren samen met vijfhonderdenvijfennegentig andere vliegtuigen vanuit Engeland onderweg naar de Duitse stad Düsseldorf. De Halifax bommenwerpers behoorden toe aan het No.76 Squadron van de RAF.
Om 22:36 uur lokale tijd, koos ook Halifax MZ578 het luchtruim met haar bemanning die bestond uit de volgende mannen:
Piloot S/Ldr. Stan Somerscales
Flight Engineer F/O. Sid Stephen
Navigator F/O. Jim Lewis
Bomrichter F/O. Tom Wingham
Wireless Operator F/O. Jack Reavill
Boordschutter F/Sgt. Harry Poole
Boordschutter F/Sgt. John Rowe
Halifax MZ578 was een splinternieuw toestel dat haar eerste operationele vlucht vloog. De bemanning was zeer ervaren. In mei 1943 had piloot Stan Somerscales een eerste volledig operationele tour van 30 missies gevlogen met het No.10 Squadron vanuit Melbourne, Engeland. Na deze tour werd zijn crew uit elkaar gehaald en ging een ieder aan de slag als instructeur om toekomstige bemanningsleden te trainen en om hun ervaringen te delen met nieuwe bemanningen.
Stan Somerscales werd echter samen met navigator Jim Lewis, Wireless Operator Jack Reavill en Flight Engineer Sid Stephen ingedeeld bij de 1663 Heavy Conversion Unit in Rufforth. Uiteindelijk gingen ze dus toch weer operationele vluchten maken en werd er weer een crew samengesteld.
De vlucht naar Düsseldorf verliep zonder al te veel problemen. Düsseldorf was voor de ervaren bemanning een bekende stad die ze dikwijls gebombardeerd hadden sinds de start van “The battle of the Ruhr " halverwege het jaar 1943. De route die ze volgden ging van de Engelse Zuid kust naar het Noorden van Frankrijk om via België richting Nederland te vliegen.
Bomrichter Tom Wing zag vanuit hun vliegtuig onder hen een grote stad aan een rivier en vernam dat dit de Belgische stad Luik was. Hun Halifax werd door Stan Somerscales in een Noord-Oostelijke richting gestuurd. Even later vlogen ze boven het toenmalige driepandpunt Teuven (B), Sippenaken (D) en Epen (NL). Het was inmiddels 01:00 uur en dat was het moment waar het gruwelijk mis ging. Een enorme doffe knal volgde uit het niets en verschillende bemanningsleden riepen via de intercom: “ What was that?” Daarna werd het heel even stil in het vliegtuig en zat de bemanning te wachten op wat komen zou.
De mid-upper boordschutter, Harry Poole, riep vervolgens dat één van de vleugels in brand stond. Wederom viel er een korte stilte waarin piloot Stan Somerscales snel nadacht. Een brand in een motor of in de romp van het vliegtuig zou eventueel nog te blussen zijn geweest met een brandblusser, maar een brand die zich bevond in een vleugel waarin zich ook de brandstoftanks bevonden, was een andere zaak. Dat gaf in feite weinig tot geen geen kans om nog veilig terug te vliegen naar Engeland. Piloot Stan Somerscales zag geen andere mogelijkheid dan zijn bemanning toe te spreken en hun de order “ Bale out” te geven. De bemanning had ervaring genoeg om te weten wat ze moesten doen, namelijk zo snel mogelijk het vliegtuig verlaten nu het nog kon.
Bomrichter Tom Wingham kreeg nog de opdracht om direct de bommen te droppen zodat de Halifax bommenwerper lichter werd waardoor de machine nog enigszins bestuurbaar bleef. Doordat piloot Stan Somerscales de bommenwerper stabiel kon houden gaf hij de rest van de bemanning de kans om zich met hun parachutes een weg naar buiten te banen. Nadat Tom Wingham de bommen gedropt had deed hij zijn zuurstofmasker en vliegermuts af en controleerde nog even voor de laatste keer zijn parachute.
Hij hielp daarna Jim Lewis met het verwijderen van de “escape hatch” welke zich onder een stoel bevond. De “escape hatch” werd naar buiten gezogen en daarna sprong als eerste Jim Lewis. Tom Wingham zag vlak voordat hij zelf sprong, dat Jack Reavill in de cockpit stond met zijn eigen parachute om en een ander exemplaar in zijn handen. Deze andere parachute bevestigde Jack Reavill aan het harnas van de piloot. Inmiddels woedde achter Tom Wingham al een flinke brand en dus was het de hoogste tijd voor hem om te gaan. Tom verliet de Halifax bommenwerper door de “escape hatch” en baande zich een weg naar buiten.
Toen hij zijn parachute opentrok, raakte bewusteloos doordat het koord van zijn parachute tegen zijn hoofd sloeg. Hij landde uiteindelijk veilig met zijn parachute en toen hij weer bijkwam bleek hij op de grond te liggen. Hij had niet mee gekregen hoe hij aan de grond was gekomen. Nadat hij zich ontdaan had van zijn parachute en harnas en niemand anders van de bemanningsleden kon ontdekken, liep hij gedurende de nacht naar het Belgische Teuven.
Sid Stephen, John Rowe en Jack Reavill wisten ook tijdig de Halifax te verlaten en raakten allen gewond bij hun landing. Ze werden door de Duitsers gevangen genomen maar verbleven eerst in het ziekenhuis voordat ze naar een krijgsgevangenenkamp gebracht werden.
Nadat bijna de hele bemanning zich in veiligheid had kunnen brengen, werd het tijd voor de rest van de bemanning om de brandende Halifax te verlaten. Echter, juist op dat moment explodeerde de bommenwerper boven de bossen van Gulpen. In het Wachelderbos kwam de romp en de rechter vliegtuigvleugel neer en in het Mechelderbos de linker vliegtuigvleugel. In het tussenliggende weiland kwam de staart en een van de motoren terecht. Piloot Stan Somerscales en Mid Upper Boordchutter Harry Poole overleefden de crash niet. Piloot Stan Somerscales werd dood aangetroffen in de cockpit en boordschutter Harry Poole lag op vijftig meter afstand van het wrak. Beide kregen hun laatste rustplaats op het gemeentelijke kerkhof te Maastricht aan de Tongerseweg.
Hun Halifax bommenwerper bleek neergeschoten te zijn door Luitenant Rudolph Frank van het I./NJG 3. Deze zou overigens zelf drie dagen later eveneens sneuvelen.
Op 28 april 1994 werd er een monument onthuld aan de rand van het Wachelderbos aan de Lookerheiweg ter nagedachtenis aan de bemanning van Halifax MZ578. Tom Wingham was hierbij aanwezig en keerde daarna nog vaker terug naar het Wachelderbos.
Bomrichter Tom Wingham schreef over zijn vliegtuigcrash een boek genaamd “ Halifax Down!” dat uitgegeven werd in 2009. Eind jaren ‘80 was hij in contact gekomen met de Limburge onderzoeker Ron Pütz en hielp deze door het verstrekken van informatie. Uiteindelijk heeft Tom Wingham zijn verhaal in een boek beschreven. Ik heb het boek gekocht en gelezen en de informatie die hierin stond gebruikt in dit verhaal. Voor de geïnteresseerde lezers is het zeker de moeite waard om ook het boek (218 bladzijden) te bestellen.
In de jaren die na de crash volgden, werd veel onderzoek gedaan naar dit gebeuren op de loctaties en diverse mensen hebben wrakstukken weten te bemachtigen. De leren vliegercap van Tom Wingham met daarin zijn naam, werd rond 1988 gevonden in Mechelen. rDeze vliegenierscap ligt heden tentoongesteld in het Yorkshire Air Museum.
In het boek (blz. 95) van Tom Wingham staat ook de foto van een Nederlandse boer die een van de propellers van de Halifax had weten te bemachtigen.
Tijdens mijn eigen onderzoek bezocht ik in 2021 en 2022 vaker de omgeving van deze vliegtuigcrash. Het was een heel groot gebied en en het was moeilijk om de exacte locatie van de crash vast te stellen. Na vele pogingen vond ik uiteindelijk enkele wrakresten in het gebied.
Gevonden wrakresten
Wrakrest van Halifax MZ578
Wrakrest van Halifax MZ578
Wrakrest van Halifax MZ578
Wrakrest van Halifax MZ578.
Diverse wrakresten van Halifax MZ578
Boek "Halifax Down" geschreven door bemanningslid Tom Wingham ISBN 978-1-906502-39-3
Wrakrest met een gewicht van ruim 2,5 kilogram -> generator met codering C1306 No 20**4 / 24 met factory stamp RX 539. RX staat voor Rotax Electrical Equipment.
Diverse wrakresten van Halifax MZ578
Diverse wrakresten van Halifax MZ578